petersamuel.reismee.nl

Oude krater, vuurmeer en fornuismeer

Vandaag, maandag 23 september 2013, was een fraaie, zonnige dag. Als je mooi zicht op kraters wilt hebben, moet je daar gebruik van maken. Was de caldeira van Terceira eerder op onze Azorenreis nog dicht van de dikke mist, vandaag beleefden wij een ander verhaal. Je moet er wat autokilometertjes voor over hebben, dat wel. Ergens halverwege tussen Ribeira Grande aan de noordkust van SĂŁo Miguel en Lagoa do Fogo (vuurmeer) ligt een waterval, die omgeven wordt door magistraal groene vegetatie, waaronder boomvarens, waar het lauwwarme, ijzerhoudende water in bekkens terecht komt. In het hoogste waterbekken is de watertemperatuur 27 graden Celsius, in het lagere 38 graden C. Naar zwavel ruikende dampen komen tevoorschijn, waardoor ik het idee had een beetje koppijn op te lopen. Dat kon natuurlijk ook een overblijfsel van de zwavelige whisky van de avond tevoren zijn, je weet het niet. Wij mochten bij de entree aan de weg naar binnen voor het respectabele bedrag van twee euro 32. Ik kon het precies uittellen, want ik had de Ă©Ă©n-euro- centstukken die in Portugal nog gehanteerd worden, opgespaard. Omdat Erna tegen de caissiĂšre zei dat ik ‘senior’ (65+) was, mocht zij zelf ook voor de seniorprijs van Ă©Ă©n euro naar binnen. Die 32 cent bovenop de twee euri was een soort taks (IVA, dat is BTW, geloof ik). Het domein dat wij konden binnentreden, heette Caldeira Velha (oude krater). Van ons bezoek zouden we geen spijt hebben, want het was echt heel mooi. Heel erg veel groen, dat door meer dan voldoende water gevoed werd, en prachtig aangekleed met een wandelpad, enkele houten badhokjes en een puik infocentrum met voorzieningen. We dolden wat met een Portugese medewerker en –werkster van dat centrum, die ons duidelijk maakten dat we er gerust konden baden. Ik gaf aan dat ik dat alleen met een massage wilde, maar dat was niet inbegrepen.


Het blijkt dat deze waterval tot vele touringcar-stops leidt, zonder dat daar parkeerruimte in de smalle weg met haarspeldbochten voor aanwezig is. Personenauto’s kunnen net aan een plekje vinden. Meestal zitten in die autobussen oudjes, die zeker geen bad zullen nemen, alleen maar toekijken (zoals wij ook deden). Tot ons grote genoegen waren wij tijdens ons bezoek een grote groep net voor. Helaas bleek onze auto echter door zo’n bus geblokkeerd. Reis je dus solo, in ieder geval niet met een bustrip, mag je nog geduld betrachten om 48 oudjes de bus uit te laten strompelen, alvorens je het fundamentele recht terug verkrijgt om er met je personenauto van tussen te kunnen gaan. En dan moet je weten dat elke 70-plusser er anderhalf tot twee minuten over doet om zo’n hoge toeringcar te verlaten 



Vervolgens reden we door naar Lagoa do Fogo (vuurmeer). Dit pittoreske kratermeer ligt in de bergen boven Água de Pau, op 610 meter hoogte. Met het mooie weer maakte het kleurenpalet veel indruk: een groenachtig meer, grijze stranden, soms wat lichtere tinten en geelgroene weiden en bossen. Met aan de horizon het blauw van de oceaan. Het terrein rond Lagoa do Fogo is een beschermd vogelgebied. De hoogste top is de Pico da Barrosa op 947 meter. Hierop staan antennes en zendmasten (helaas, ’t is niet anders). We zagen naar beneden enkele wandelaars, die voor hun tocht uren en uren moeten hebben uitgetrokken. Het smalle pad kon ons wandelend niet verleiden om een met de natuur en de vogels te worden. Weet je waarom niet? Antwoord: je moet ook weer terug naar het op hoogte geparkeerde autootje!


Wij spraken een Belgisch echtpaar uit de omgeving van Brussel, dat wij alsnog adviseerden om naar de Caldeira Velha te gaan (ze hadden de ouwe overgeslagen) en dat ons probeerde te verleiden om in Furnas (fornuis?) een ijskoud bad te nemen (had hij gedaan, zij niet). Wij traden dus het dal van Furnas binnen, een al lang gedoofde vulkaankrater, een van de hoogtepunten van SĂŁo Miguel, waar de stilte over ons heen viel. In ieder geval geen bussen en eigenlijk amper individuele bezoekers, heel weinig in ieder geval. Zo hoort het ook, vind ik.


Het stadje Furnas (1.439 inwoners) is een mengeling van kuuroord en ingeslapen boerendorp, gelegen in een paradijselijk dal. Het vervelende met zulke plaatsjes is dat het lastig is om er weer in de goede richting uit te geraken. Het ondoorzichtige eenrichtingsstratensysteem stuurt de bestuurder van een auto in een cirkeltje in de rondte. Dat overkwam ons in ieder geval, maar niet nadat we toch ook de exotische bomen, de hete bronnen en het meer in onze ooglens hadden opgenomen. De dampende ‘fumarolen’, die hier Caldeiras genoemd worden, bezorgden mij niet meer hoofdpijn dan ik al had. Mark Twain hield er zijn eigen standpunt over op na: “De geur van zwavel is voor een zondaar niet onaangenaam”. Wil je echt van rust en een gezonde omgeving genieten, kun je geen betere bestemming dan Furnas kiezen. Wil je ook nog tegen een balletje slaan? De vlakbij gelegen golfbaan is een van de mooisten van de Azoren. Wij wilden in de namiddag nog een lekker rustig strandje opzoeken. Helaas viel dat niet mee op dit vulkanische eiland, waar de kustlijn vergeven is van de grillige zwarte lavarotsen. Daar staat tegenover dat de op deze kust stukslaande golven een geweldige indruk op ons achterlieten. Daar namen we opnieuw maar weer een drankje op.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!